9 januari moesten we met zijn allen naar de paneldokter. Dokter Willems is zo’n echte ouderwetse huisarts, in een statig pand in het bezuidenhout. Hoge houten deur door, trap op en links naar de wachtkamer.
Eerst moesten we allemaal plassen, dus na een besmuikte instructie trokken we ons een voor een terug in de w.c waar op een rijtje vier kannen klaar stonden.
Na zo’n 10 minuutjes mochten we, weer een voor een, de wachtkamer in. Eerst de kinderen (onder mijn begeleiding). Bregje vond het allemaal prachtig; uitkleden, op de weegschaal, zich door de dokter laten kietelen… Leuk!
Diuwke deed ook goed mee, gelukkig, want ze wil nog wel eens gaan dwarsliggen op de meest cruciale momenten. Maar ze kleedde zich snel uit, op de weegschaal (16 kilo, nu weet ik zeker dat ik niet met haar naar de schoolarts ga; veel te licht) en ook zij liet gewillig haar oren, ogen en knieën zien.
De ogentest leek even tricky toen ze de het huis aanzag voor een schoen (of zo), maar gelukkig maakte ze het weer helemaal goed met de..eh…theepot? (fluitketel, maar welk kind weet tegenwoordig nog wat dat is?) Gelukkig, ook er door heen.
Tjitske deed, ondanks dat ze eigenlijk helemaal niet mee wil, ook hartstikke goed mee.
Toen was ik aan de beurt. Zogauw de kinderen de kamer uit waren, begon de arts heel ernstig te kijken. ‘Eh, tja, er zat wat bloed in uw urine.’
‘Ja,’ zei ik, ‘dat kan, want ik ben ongesteld.’
‘Oh…’ Het was duidelijk dat we dat beter hadden kunnen plannen. Maar dat wist Arthur ook niet toen hij deze afspraak half december maakte. Dus, de rest van het onderzoek gedaan (Zelfs mijn ogen zijn goed, en, ik ben vier kilo lichter dan thuis!) – Ik moet alleen volgende week terug voor een nieuwe urine test.
In de wachtkamer was de hel inmiddels losgebroken, dus Arthur was blij dat hij nu aan de beurt was. Bregje en Diuwke wilden hetzelfde boekje lezen, maar niet samen, en Tjitske vond dat ze dat best kon oplossen op haar beste autoritaire-grote-zussen toon, die eigenlijk nooit werkt, jammer genoeg. Diuwke werd zo boos dat ze schreeuwend in de gang ging zitten, en Bregje zette het ook maar op een huilen, want wat moet je anders in zo’n geval? Tjitske zat inmiddels boos in een boek te staren. Bregje gilde; ‘IK wil naar PAPPA!’ terwijl Diuwke tegen de muur stond te trappen.
Tot zover ons beeld van een grote happy family.
Om een lang verhaal kort te houden; Arthur zijn test was ook goed, en we gingen naar huis, waar we al snel aan een belgisch biertje zaten ( en de kinderen achter een DVD.)
Weer een stapje gezet. (Als volgende week mijn urinetest beter is, tenminste…)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten