Wij mochten een weekeinde weg, van Arts ouders, en kozen ervoor om -heel australisch- te gaan paardrijden in de High Country. En dat drie dagen lang. Oei- werden we steeds zenuwachtiger naarmate het weekeinde naderde; gaat dat geen zeer doen?
Jawel, weten we nu... Maar een les bij Yvonne en chaps voorkomt een hoop leed.
Na een introductie in Natural horsemanship, gingen we met 13 rijders en 6 packhorses de bergen in, en dat ging vrij snel omhoog, vooral omdat veel paen waren afgesloten door omgevallen bomen. Dat waren we niet gewend... (dus geen foto's- we hadden beide handen nodig) Na een paar uur stijgen kwamen we aan op de lunch plek, waar de packhorses hun bepakking kregen, en wij broodjes. Daarna gingen we het gebied in waar geen auto's kunnen komen.
Na nog een paar uur rijden kwamen we aan op Bogong Jacks hideout; de plek waar een beruchte paardendief zijn paarden opnieuw brandmerkte, en uiteindelijk per ongeluk in een strop viel en zich ophing. (nadat hij vrijgesproken was van paardendiefstal)
Wij moesten de paarden wassen, met water uit een bergstroompje. Dat was heel lekker koud, en daarna moest er even gerold worden. We aten risotto van het kampvuur (net als Bogong Jack, denk ik...)
Zondag werd Arthur, na voor het eerst in een swag geslapen te hebben, een jaar ouder wakker. (maar de oorzaak daarvan lag ergens anders)
Heel vroeg gingen we op pad, zonder packhorses. Het doel was een swimminghole, midden in de bergen.
Na een dag stijl omhoog gaan, zou je dingen dat ik dit niet meer eng vond... Nou wel dus!!
Maar sjeemig, wat is het mooi hier.
Het swimminghole was ZEER welkom! Het was behoorlijk koud, maar nog nooit heb ik zo graag in zo'n verdovend water gezwommen. Zo'n groot Icepack was precies wat we nodig hadden. en een resort is er niets bij; achter de waterval was een verticale tunnel uitgesleten waar het zachtjes regende, en het water ineens veel warmer was.
Maar we moesten dus wel terug op dat paard... Na acht uur op een paard zitten weet je lijf niet meer hoe het zich moet houden. nu weten we dus waarom die stockzadels zo breed zijn en al die ribbels hebben; zo val je er niet uit als je spieren het begeven. Het laatste uur was een soort van hel, kortgezegd. (en dan bij aankomst je paard afzadelen, wassen etc...) Maar wat is het mooi!!!!!!!!!!!!!! (enz.) Bij gebrek aan ruimte kreeg art een virtueel kadootje uit de hoed. Clay maakte voor 13 mensen, in het donker, een perfect gebakken steak. Zo jammer dat hij al 25 is, en Tjits pas 11, een man met zo veel kwaliteiten zou wel fijn zijn erbij. (oh, ja en uithuwelijken doen we ook niet meer...) Zondag moesten we dat hele stijle paadje ook weer naar beneden, dus daar zeg ik maar niks meer over, behalve dat ik heel veel respect voor paarden heb, nu. Hoe verder we daalden, hoe heter het werd, dus toen we rond 3 uur bij de farm terug waren, zakte iedereen in elkaar. (behalve ik, ik stond te dansen! wat was het leuk!!!)
In het hotel douchten we even, propten alle stinkende kleding in een vuiliszak- die moesten thuis met een wasknijper op de neus in de wasmachine gedaan worden- en gingen met schone frisse kleding terug voor het laatste diner. Wat een ontzettend gave ervaring.
1 opmerking:
Boehoe :-( daar waren we toch wel heeeeeel graag bij geweest!!!! Wie wilde er ookal weer kinderen?! (oh ja, wij allebei). Nou ja, met jullie mee genieten is ook leuk. Soorttemet... M&J
Een reactie posten